
VOEDSELWEB
Wat is een voedselweb? Hoe ziet het voedselweb van de Indische oceaan eruit?
Wat is het verschil tussen symbiose en facilitatie?
Voedselweb
Een voedselweb is het geheel van voedselrelaties in een levensgemeenschap bij elkaar. Er bestaan verschillende voedselrelaties. Namelijk het eten van planten: vraat, en het eten van dieren: predatie. In een voedselketen is elke populatie een voedselbron voor een andere populatie. Het diersoort aan het eind van de keten heet de toppredator. Het geel van alle voedselketens in de natuur wordt een voedselweb genoemd.

Kringloop van stoffen

Elke schakel in een voedselweb heet een trofisch niveau. Het 1e niveau bestaat uit autotrofe organismen. Autotroof wil zeggen dat een organisme zelf voor zijn voedsel zorgt en niet van andere leeft. Ze zetten anorganische stoffen om in organische stoffen, zij worden ook wel producenten genoemd.
Consumenten bevinden zich in de 2e en alle volgende schakels va een voedselketen. Dieren zijn heterotroof, zij kunnen anorganische stoffen niet omzetten.
De overgebleven dode resten worden door reducenten afgebroken tot anorganische stoffen.
Voedselweb Indische oceaan

Langbektuimelaar
Consument

Gecarcoidea Natalis
Consument

Witpunthaai
Toppredator

Vlindervis
Consument

Anemoonvis
Consument


Soepschildpad
Consument

Hameroester
Consument
Fytoplankton (algen)
Producenten
Facilitatie
Het begrip facilitatie houdt in dat als het ene soort iets doet op een bepaald moment, het andere soort daar voordeel van heeft.
- Voorbeeld Indische oceaan:
Een haai eet een grote vis op en laat daarbij resten achter. Een kleinere vis eet deze later op en heeft daar dus voordeel van.
Symbiose
Symbiose betekent het langdurig samenleven van individuen van verschillende soorten. Er zijn twee vormen van symbiose: mutualisme en commensalisme.
​
- Mutualisme betekent dat beide soorten een voordeel hebben van de samenleving.
Voorbeeld Indische oceaan:
Een zeeanemoon leeft van de resten van de prooi van een hermietkreeft. De zeeanemoon beschermt de hermietkreeft met zijn netelcellen, zo hebben ze allebei een voorbeeld.
​
- Commensalisme betekent dat één soort een voordeel heeft. Het andere soort heeft geen voordeel of nadeel.​
Voorbeeld Indische oceaan:
Loodsmannetjes leven van de resten van de prooi van een haai. Loodsmannetjes hebben een voordeel hiervan, de haai heeft een voordeel of nadeel.
​
​